’t OWC gaat aldus heden
Reeds zijn derde jaargang in
En zulk feit is best een reden
Voor een wat plechtig begin.
Tijden gingen, tijden kwamen
Weken, maanden bij de vleet
En wij wachtten, maar zij namen
Niet van ons het oorlogsleed.
Als de kilometerteller
Van de eeuwigheid verspringt,
Lijkt het of de tijdspropeller
Plots een ander wijsje zingt.
En of al hetgeen gebeurde
In het afgeloopen jaar
Minder pijn deed, minder deerde,
Zorgen drukken minder zwaar,
Zorgen lasten minder looden,
Men denkt opgewekt en blij:
’44 bracht slechts nooden,
’45 maakt ons vrij.
Nieuwe jaren, nieuwe loten
Met de jaren draait de wind,
Aan den schoot der tijd ontsproten
Als een pas geboren kind
En vervuld van nieuwe krachten
Schijnt dit nieuwe jaar ons toe
En maakt naar wij verwachten,
Gauw een eind aan’t krijgsgedoe.
Maakt een einde, wil ik wedden
Spoedig van dit oorlogswee,
’45 zal ons redden
’45 brengt de vrêê.