Marion Joyce de Klijn (* 1944) is de dochter van het Joodse echtpaar Nap de Klijn en Alice Heksch. Zij waren succesvolle musici die optraden als het “Duo Amsterdam” in Nederland. Nap en Alice worden in 1942 gearresteerd en opgesloten in de gevangenis van Scheveningen. Als ze na drie maanden onverwachts vrijkomen, duiken ze meteen onder en schuilen op in totaal zeventien verschillende adressen – soms samen, soms apart. Hun zoon Mark brengen ze onder bij vrienden. Tijdens de hongerwinter van 1943/44 duikt de hoogzwangere Alice onder in Amsterdam, waar Marion in februari wordt geboren. De ouders wisten de geboorte van hun dochter te verbergen. Na de bevrijding in mei 1945 wordt het gezin herenigd en keert terug naar hun huis in Laren, dat door de nazi’s is verwoest. Het is onmogelijk om weer een harmonieus gezinsleven op te bouwen, de oorlog heeft te veel schade aangericht. Bijna alle leden van de families de Klijn en Heksch zijn vermoord in de vernietigingskampen; alleen een nicht en een neef hebben de oorlog overleefd.