In Duitsche militaire kringen wil men niet ontkennen, dat de duikbooten de laatste maanden minder succesvol geweest zijn. Blijkens de weermachtsberichten werden de volgende resultaten behaald:
Van Januari tot Maart 1943: 320 handelsschepen met 2.025.400 brt. Van April tot Juli 1943: 264 handelsschepen met 1.552.241 brt. Van Augustus tot November 1943: 215 handelsschepen met 1.300.000 brt.
In deze cijfers heeft het Duitsche luchtwapen een stijgend aandeel gehad. In het Duitsche weermachtsbericht van 24 September werd er met nadruk op gewezen dat de duikbooten na een wekenlange rust, voor het eerst weer 9 handelsschepen met een inhoud van 46.500 brt. tot zinken gebracht hadden. Men blijkt er dus aan Duitsche zijde in het geheel geen waarde aan te hechten te verdoezelen, dat zich in den oorlog ter zee een ingrijpende wijziging voorgedaan heeft. 14/12De ondergang van de Scharnhorst. 28/12
Over den aanval op het voor Moermansk bestemde vijandelijk konvooi heeft het opperbevel der marine nog de volgende bijzonderheden medegedeeld:
Reeds eenige dagen tevoren had de Duitsche luchtverkenning een vijandelijke konvooi opgemerkt, dat op weg was naar Moermansk. Het had oorlogsmateriaal en levensmiddelen voor het Sovjetfront aan boord. Een gevechtsgroep der Duitsche vloot werd tegen dit konvooi in den strijd gebracht en ter hoogte van de Noordkaap trof men den vijand aan.
Tegen 11 uur in den ochtend van 26 december kwam het slagschip Scharnhorst, waarop zich de commandant der torpedojagers, schout-bij-nacht Bey, als bevelhebber der gevechtsgroep had ingescheept, in gevechtscontact met de vijandelijke bewakingsvloot, die bestond uit kruisers en torpedojagers. Bij slecht weer was het zicht beperkt. Kort na het begin van den strijd greep ook een zwaar vijandelijk oorlogsschip in. In het verdere verloop slaagde de vijand er in, bij verrassing nog meer zware strijdkrachten bijeen te brengen, die tengevolge van het slechte zicht te voren niet gezien waren.
Na verscheidene uren van zeer zwaren strijd werd de Scharnhorst, die onder bevel van kapitein-ter-zee Hintze stond, door de vijandelijke oorlogsschepen omsingeld. Tegen half acht des avonds zonk het slagschip met de vlag in top, nadat het, tot de laatste granaat vurend, den vijand zware schade had toegebracht.
De andere Duitsche strijdkrachten, die aan de operatie deelnamen, leden geen verliezen. Over het lot der bemanning van de Scharnhorst zullen de verwanten mededeeling krijgen, zoodra rapporten zijn ontvangen.
Het duikbootwapen is sinds kort
Niet meer zeer effectief,
Aldus beweert de Eerste Lord
Stellig en positief.
En ook door Duitschland wordt erkend
De waarheid van dit woord,
Veel minder, dan men was gewend
Wordt in de grond geboord.
Gewijzigd heeft zich het gezicht
Thans van den krijg ter zee
En troostloos is het maandbericht,
Het cijfer valt niet mee.
Bij vroeger scheelt het duidelijk
Menig registerton,
Men vond, dat het onmogelijk
Langer zoo doorgaan kon.
En Hitler zat wat in de knel
En nam toen het besluit
En dan moest volgens zijn bevel
De „Scharnhorst“ erop uit.
Die maakt de rekening weder glad
En maakte de schâ wêêr goed
Het volk, dat in de put al zat,
Schept weder nieuwe moed.
De „Scharnhorst“ deed het altijd best,
U kent nog het verhaal,
Onlangs ontsnapte zij uit Brest
En voer door het Kanaal,
Ontsnapte aan de britsche vloot,
Die op haar heeft geloerd,
In Duitschland was de vreugde groot,
Engeland vond het beroerd.
Het werd een overwinningsfeest
„Scharnhorst“ en „Gneisenau“
Zijn Engelands schepen voorgeweest,
Ontkwamen uit het nauw.
Het slagschip „Scharnhorst“ ging op stap
Naar gemakkelijke prooi
En ziet ineens een vette hap
Een vijandelijk convooi
Het leek niet bijster sterk bewaakt
Dankbaar aanvalsobject
En als men daarmee slaags geraakt,
Maakt het nogal effect.
De overwinning valt niet zwaar
Het wordt één zegepraal,
Dat dacht zoo alles bij elkaar
De Duitsche admiraal.
Maar het liep anders dan bij Brest
Hij heeft zich zwaar vergist
En de vergissing bleek funest,
Er doken uit den mist.
Heel onverwachts meer kruisers op,
Dan Hintze had verwacht,
Het wordt voor ons een reuze strop,
Zei toen de Schout-bij-nacht,
De „Scharnhorst“ zag zich in een ring,
Die niet te breken was,
Wat ongezellig was die Kring,
Men deed haar om de das.
Ja, op den tweede Kerstmisdag
Zond men haar naar de grond,
Voor Duitschland wel een hard gelag
Zoals een ieder vond.
Men lepelt treurig daar en sip.
Winterhulp-Eenpanssnert
En rouwt, omdat het, Scharnhorstschip
Thans onderzeëer werd.