2e jaargang, nr. 49, pagina 14
2e jaargang, nr. 49, pagina 15

cover / inleiding inhoudsopgave

Het Nieuwe Duitsche Volkslied

Elkeen ziet teneinde razen
Thans de Hitlerheerschappij
En slechts heel verdwaasde dwazen
Achten haar nog niet voorbij

En zij meenen en gelooven
In een nieuwe duitsche kans,
Denken, Hitler kwam teboven
Deze laatste doodendans.

Maar de meesten zien de Nazis
Zijn verslagen en doodop,
En dat wie hun volgt een dwaas is
Of misschien een .. stierekop.

Maar in Duitschland heeft men zorgen
Vor hetgeen aanstonds geschiedt
En men vraagt: wat zingt men morgen
In plaats van ’t Horst Wessellied?

En men piekert: Niets dan dalles
Heel de welvaart ging teloor,
“Deutschland, Deutschland über alles”
Gaf vandaag een slecht gehoor

En het zou beslist niet kloppen
Na twaalf jaren Hitlertijd,
Niets dan armoe, niets dan stroppen,
Duitschland in verlegenheid

Wenscht een volkslied om te zingen
Nieuw van tekst en nieuw van wijs,
Want nadat de bonzen gingen
Wordt dat een voorname eisch.

En ik ging aan ’t overleggen,
Wat zou wel het beste zijn
En ik zou haast willen zeggen
Zonder lol en zonder gijn

Als straks Hitler is bedwongen
En men wenscht een nieuwe geest,
Waarom niet voortaan gezongen
“Wij zijn in Parijs geweest!”

Transcriptie: Thilo von Debschitz